woensdag 22 juni 2011

Dag 39 22-06-2011 van Murias naar Molinaseca 600 mt. hoog.

Bouwval in El Ganso
Vanmorgen om 8 uur door de wekker van mijn telefoon gewekt. Het is woensdag en normaal komt dan mijn lieve hulp Marianne en heb ik fysio. Nu niets, maar het stond er nog steeds in. Balen dus. Hadden ons voorgenomen om uit te slapen. Vergeleken met andere dagen is dat ook zo, maar ik kan niet op gang komen, terwijl Wiel juist weer heel vlot is vanmorgen. Om 9.55 u. op ons gemak vertrokken. We zouden maar 22 km. fietsen om ons voor te bereiden op morgen de grote klim naar Cruz de Ferro.
We klimmen langzaam van 840 mt. hoog met klimmetjes van 3 tot 5% omhoog via Murias de Rechivaldo 870 mt. naar Castrillo de  Polvazares 900 mt. naar El Ganso 1030 mt, naar Rabanal 1150 mt., waar we alles van gisteren op de computer hebben gezet. Onderweg krijg ik een boodschap voor Wiel door van zijn vrouw. Hij moet goed luisteren naar zijn gevoel wat hij doorkrijgt en niet denken dat het iets van hem zelf is. Bij El Ganso passeren we de berg Teleno. Voor de Romeinen symboliseerde hij de God Mars. Hier ontmoeten we ook Per, een Zweed, die we gisteren ook al hadden ontmoet. Hij maakt een foto van ons met de fietsen en wij van hem. De wind is vanaf vanmorgen al een verschrikkelijke tegenstander en naarmate we hoger komen, wordt de wind straffer en is moeilijk tegenop te fietsen. De batterijen lopen onder onze handen leeg. Vandaar dat we in Foncebadon hadden willen stoppen.
Bijna allemaal foto's van het moment bij Cruz de Ferro
Vanaf  El Ganso wordt het zwaarder naar Rabanal 1150 mt. hoog. We moeten nu hellingen nemen van 5 tot 7% naar 1425 mt. om het plaatsje Foncebadon, te bereiken. Hier wilden we stoppen om morgen door te rijden naar Cruz de Ferro. Op zoek naar de hoger gelegen Auberge missen we echter de afslag en beklimmen we opnieuw een helling van meer dan 10%. Het is een hel om boven te komen. Ik maak Wiel duidelijk dat we nu beter door kunnen rijden, hoewel we van de zware beklimmingen vandaag al behoorlijk stuk en echt aan rust toe waren. We hebben geen keuze meer of we moeten die beklimming weer naar beneden of doorgaan. Onderweg krijg ik de zin door die ik op mijn steen moet zetten. We zien op de weg steeds meer kruisen staan. Hier blijken in de loop der jaren mensen te zijn overleden langs de route.
Om 14.22, na 22.19 km. staan we aan de voet van het Cruz de Ferro, 1507 mt. hoog. Met nog anderhalf lampje over op de batterij. Met tranen in mijn ogen sta ik voor het kruis en ook Wiel is helemaal ontroerd Samen lopen we omhoog en een wandelaar maakt een foto van ons beiden onder het kruis. De heuvel is beladen met stenen, waarop allemaal wensen staan. Er liggen ook foto´s, knuffels, briefjes en andere dingen die wandelaars achter hebben gelaten met hun eigen wensen. Op mijn steen moet nog mijn wens geschreven worden. Ik zou dat vanavond hebben gedaan, maar nu we een dag vroeger zijn lopen we eerst naar de rustplaatsen om het kruis heen en pakken de tassen uit op zoek naar de viltstift. Daarna lopen we samen opnieuw omhoog. Wiel legt een medaillon van Annie in de naad van de boomstam, waarop het kruis staat. Ik leg mijn steen onder het kruis. Opnieuw voelen we ons ontroerd. Het is een speciaal moment wat je nooit aan anderen echt duidelijk kunt maken. Voor mij betekent dit meer dan Santiago bereiken. Deze dag is letterlijk een gevecht met jezelf met als hoogtepunt het kruis. Misschien dat anderen dit anders voelen.Voor mij is hier mijn doel bereikt. Al die ontroerende boodschappen, de wandelaars die hier allemaal even een moment van tijd en rust nemen om te voelen en te zien. Het is niet te beschrijven, Het is voelen van binnenuit.
Al die tijd loopt er om ons heen een hond. Broodmager, je kunt zijn ribben zien. We hebben twee stukken belegd stokbrood en besluiten dat we er een aan de hond geven, zodat hij voor vandaag iets te eten heeft. Ook hebben we nog een half pak kaas. Hij is wat schuw maar komt langzamerhand steeds dichter bij en eet op het laatst de stukjes brood uit onze handen. Daarna komt hij naast ons liggen. Het is al de tweede hond die we langs de weg zien zwerven en waarschijnlijk zijn achtergelaten in een gebied waar weinig mensen komen. Ook die hond hebben we toen ons brood gegeven, maar moesten dat op de weg leggen Die kwam echt niet dichterbij en pas nadat we waren weggereden kwam hij het opeten. Het is zo triest en je zou zo´n beest het liefste zou meenemen, maar een onmogelijke zaak met de fiets.
Bij vertrek worden we gewaarschuwd voor de gevaarlijke afdaling. We hebben de helmen alvast opgedaan. Volgens het boekje moesten we nog een klim van 10%, naar het hoogste punt van de berg, maar over de andere straffe klimmetjes werd niets vermeld en we houden ons hart vast voor de batterijen. Als we eindelijk boven zijn hebben we eerst een half uur nodig om bij te komen.
Wielrenner van het jaar 2011
In gedachten lijkt de afdaling heerlijk. Is ook wel zo, maar er zijn zulke steile stukken dat onze handen pijn gaan doen van het remmen. Dat deden ze bij mij al tijdens het klimmen, nu wordt het nog erger. Zelfs met typen doen ze pijn. Omdat ik wat harder durf af te dalen zie ik nog net een ree vlak voor mijn fiets het struikgewas in rennen.
Een deel van de sterke afdaling
In de eerste plaats na de afdaling kunnen we nergens slapen dus moeten we nog 9 kilometer naar beneden voor we aankomen bij Molinaseca 600 mt. hoog. Als we over de Romeinse brug rijden zien we een soort zwembad in de rivier waar alle dorpskinderen, maar ook wat hotelgasten een gebruik van maken. We vinden een klein hotelletje Kaas Duvall, waar we zo vriendelijk worden ontvangen en een prachtige kamer hebben met ontbijt. Na de douche lopen we wat rond, gaan naar de kerk en eten in een restaurant. Voor het eerst krijgen we een pelgrimsmenu waar we onze vingers bij aflikken. Welverdiend, vinden we. Het was een hele bijzondere dag, die ons nog dichter bij elkaar heeft gebracht. We hebben samen iets bijzonders beleefd, ieder op onze eigen manier ervaren.
Er blijkt op het blog iets niet te kloppen. We krijgen de foto´s niet meer op de site. Wiel gaat morgen uitzoeken waar het aan ligt, dus moeten jullie dat nog even tegoed houden.
Voor straks welterusten en slaap lekker.
 De foto's van gisteren staan nu ook op de site.

Gereden kilometers   46.09  gereden uren  6.55     Gemiddelde snelheid  13.17  km.p. uur.

3 opmerkingen:

  1. nou mam bijzonder allemaal, geniet van alles wat je meemaakt.jullie zien er gezond uit en toch ook wel vermoeid.
    als jullie bij de eindbestemming zijn zou ik eerst maar eens een weekje bijkomen.
    kus dees john en kids

    BeantwoordenVerwijderen
  2. ik ben het helemaal met Desiree eens. rust eerst maar uit voor jullie terugkomen. zien er moe uit. toch nog even volhouden en neem tussendoor ook nog rustdagen. jullie hebben tijd genoeg. kusjes
    Diane

    BeantwoordenVerwijderen
  3. I'm happy to see you are doing so well. Foncebadón and Cruz de Ferro are one of the most magical spots in the whole Camino de Santiago. From this point on it's only a matter of climbing Cebreiro pass. Remember that the climbing does not end at Pedrafita do Cebreiro, from that point on you will still go up for about seven or eight additional kilometers towards the Alto do Poio. Just patience, and enjoy your entrance in Galicia. Santiago is already close!
    As usual, my best wishes from Pamplona
    Enrique Z.

    BeantwoordenVerwijderen